OVER DE IMPACT VAN PLEEGOUDERSCHAP OP HET ‘EIGEN’ GEZIN
Heb jij weleens overwogen om een pleegkind op te nemen in je eigen gezin? Wellicht is een van de eerste vragen die dan bij je opkomt ‘wat betekent dat voor ons gezinsleven, onze ‘eigen’ kinderen?’. Moeder Claudia en vader Robert besloten in 2014 samen met hun drie kinderen (destijds 17, 15 en 11 jaar) om pleeggezin te worden. Hoe ze als gezin tot dit besluit gekomen zijn en hoe het nu – twee jaar later – allemaal heeft uitgepakt, lees je in dit interview!
Het juiste moment
“Al in 2014 zijn we een keer naar een informatiebijeenkomst over pleegzorg geweest. Uiteindelijk hebben we toen vanwege omstandigheden besloten dat het voor ons niet het juiste moment was om aan pleegzorg te beginnen. Maar het is wel altijd in onze gedachten gebleven. Het idee van pleegzorg vinden we gewoon heel mooi. We kennen twee andere pleeggezinnen in ons dorp. En zij zeiden weleens tegen ons ‘is dat niet ook iets voor jullie? Er is zoveel vraag naar pleeggezinnen…’. Als ik dat hoorde, begon het meteen weer te kriebelen. In de zomervakantie van 2016 zijn we er opnieuw serieus over gaan praten en toen bleek het voor ons gezin wél het juiste moment.”
Als een van ons niet wil, doen we het niet!
“Voor ons werkte het heel goed om op vakantie, in alle rust en met iedereen bij elkaar, uitgebreid stil te staan bij de vraag ‘willen we als gezin pleegzorg gaan doen?’. Mijn man en ik hebben er veel over gesproken met z’n tweetjes. Maar ook met het hele gezin en met de drie kinderen apart. Voor ons was daarbij steeds heel helder; ‘als een van ons het niet wil of twijfels blijft houden, doen we het niet’. Het heeft zo’n grote impact. En als het dan voor een van ons niet zou werken, zou het geen meerwaarde hebben, voor niemand. Maar tijdens die vakantie werd al snel duidelijk dat iedereen in ons gezin zoiets had van ‘we gaan ervoor!’.
Spannend en leuk
Voor zoon Raoul, dit jaar begonnen als brugklasser, is het even graven in zijn geheugen als hem gevraagd wordt of hij zich nog kan herinneren hoe het voor hem was, toen hij ruim 2 jaar geleden hoorde van de plannen van zijn ouders om pleeggezin te worden. Wat hij in elk geval nog weet, is dat het hem – als enige jongen in het gezin – wel leuk leek als er nog een ‘broertje’ bij zou komen. “En ik vond het ook wel spannend, dat ik niet wist wie het dan zou zijn en hoe oud ie dan zou zijn enzo…”, vult Raoul aan.
Dat kunnen we!
“Van Pleegzorg kregen we het advies om te gaan voor een pleegkind dat jonger is dan onze eigen jongste. Mijn man en ik dachten aan een kind vanaf 4 jaar. En Raoul wilde inderdaad graag dat het dan een jongetje zou zijn. In de cursus voor aanstaande pleegouders, werd gewerkt met levensechte casussen. Enerzijds om te oefenen, maar ook om gevoel te krijgen bij ‘zou je iets willen of kunnen betekenen’ voor dit kind. En een van deze ‘cases’ woont nu sinds januari 2017 bij ons! Hij was op dat moment nog geen 2 jaar, maar toen mijn man en ik zijn verhaal lazen, hadden we allebei zoiets van ‘dat kunnen we’. Het voelde gewoon passend en zo was het gelukkig ook!”
Snel
“Eigenlijk is het vanaf dat telefoontje dat er ‘een match’ was, heel snel gegaan. We hebben het direct gedeeld met de kinderen. En we hebben hen ook zoveel mogelijk betrokken bij alle voorbereidingen. Het was leuk om te zien dat Raoul direct heel praktisch vooruit ging denken; van als er een 2-jarige komt, dan moeten de klinken van de deuren omhoog en dan moeten er traphekjes komen… We zijn samen spulletjes gaan halen; kleren, een ledikantje. Een knuffeltje voor als hij de eerste keer bij ons op bezoek zou komen. Raoul is een heel sociaal en zorgzaam kind. Hij is echt als een grote broer voor Jordy. Hij krijgt veel met hem klaar! En natuurlijk is er ook weleens wat ruzie. Zoals dat gaat met kinderen onderling, dat hoort erbij!”
Broertje of pleegbroertje?
Als we Raoul vragen hoe hij zijn pleegbroertje nu ziet, antwoordt hij: “Het voelt alsof hij gewoon mijn broertje is, maar ik weet dat het mijn pleegbroertje is.” Ook moeder Claudia geeft aan dat het echt voelt alsof het je eigen kind is. “Wij vergelijken het weleens met gedeeld ouderschap bij gescheiden ouders. Dan doe je het ook samen en is je kind niet altijd bij jou. Zeker nu Jordy in de weekenden weer naar zijn biologische moeder gaat, voelt dat voor ons zo. Al hebben we daar in het begin ook enorm aan moeten wennen met z’n allen. Het was zo stil. En je hoeft dan opeens niet meer continu alert te zijn, zoals je dat bent met een peuter in huis… Dan merk je ook hoe iedereen hem mist en blij is als hij er na die paar dagen weer is!”
Over de leuke en minder leuke kanten…
“Wat ik het leukste vind aan een pleegbroertje hebben?” herhaalt Raoul de gestelde vraag. “Dat we voor een ander kindje kunnen zorgen en hem kunnen helpen.” Minder leuke kanten kan Raoul zo snel niet bedenken. Moeder Claudia helpt een handje en vult aan dat het in het begin wel even wennen was dat iedereen tussen de middag en ’s avonds zachtjes moest doen omdat Jordy dan sliep. En dat het soms ook wel pittig kan zijn als Jordy terugkomt van zijn moeder en dan weer even moet wennen aan de regels en structuur in dit gezin. Claudia: “Ik leg dat dan gewoon uit aan de kinderen. En probeer hen dan ook te laten zien dat het op zo’n dag geen zin heeft om overal de discussie over aan te gaan met een overprikkelde peuter. Op dat soort momenten vraagt Jordy gewoon wat meer aandacht. Op zich is het niet erg als kinderen leren dat ze soms moeten wachten of delen. En we letten erop dat we met alle kinderen ook individueel dingen ondernemen, om ze de aandacht te geven die ze nodig hebben.”
Niets is zeker
“En wat ik persoonlijk weleens lastig vind”, vervolgt Claudia haar verhaal, “is dat er toch voortdurend een bepaalde onzekerheid bestaat over het perspectief van Jordy. We hebben bewust ervoor gekozen een perspectief biedend pleeggezin te willen zijn. Dus dat we graag voor onbepaalde tijd voor een kindje willen zorgen. Maar de realiteit is, dat er bij de biologische ouders ook steeds dingen kunnen veranderen, die ook van invloed kunnen zijn op het perspectief van de pleegzorg. Binnen pleegzorg is niets definitief, dat is het enige wat zeker is! Daar hebben we dus ook al regelmatig met de kinderen over gesproken. Dat er een kans is dat een pleegkind dan toch weer weg zal gaan. Mocht dat onverhoopt toch gebeuren in de toekomst, blijven we als gezin stabiel achter en hebben we hoe dan ook iets goeds kunnen betekenen…”
Geen kind meer in een groep
Raoul vindt dat geen kind meer zou moeten opgroeien in een leefgroep en gunt elk kind een fijn pleeggezin. Eerder dit jaar maakte hij – geheel op eigen initiatief – met lego een kort stop motion filmpje over dit thema. In dit filmpje zie je hoe steeds een kindje wordt opgehaald uit de groep en er uiteindelijk één kind overblijft. Een filmpje dat heel mooi, vanuit het perspectief van een kind, weergeeft waarom het zo belangrijk is dat er voldoende pleeggezinnen zijn!