NETWERKPLEEGZORG: ELLY IS OMA EN PLEEGMAMA IN ÉÉN!

In gesprek met Elly
In gesprek met EllyPleegmoeder van haar twee kleindochters Soraya (10 jaar) en Demi (5 jaar)

Wanneer biologische ouders niet voor hun kind(eren) kunnen zorgen, is het fijn wanneer de kinderen kunnen opgroeien bij familie. Dit wordt netwerkpleegzorg genoemd. Elly (62 jaar) uit Maastricht is pleegmoeder voor haar twee kleindochters Soraya (10 jaar) en Demi (5 jaar). Elly en haar man Piet (* Piet is 2 jaar geleden overleden) hoefden niet lang na te denken toen al vrij snel na de geboorte van Soraya duidelijk werd dat hun zoon Roy en zijn vriendin Kelly de zorg voor Soraya niet aan konden. En ook toen het stel 6 jaar geleden opnieuw in verwachting raakte, werd al snel duidelijk dat de baby direct na de geboorte bij hen in huis zou komen. In dit interview lees je haar bijzondere verhaal!

We helpen jullie…

“Onze zoon en zijn vriendin waren destijds begin 30 toen ze voor het eerst in verwachting raakten. Toen ze het nieuws kwamen vertellen was iedereen blij. Tot we een paar dagen later van hen hoorden dat ze tóch geen kind wilden en abortus wilden laten plegen. Dat bleek vooral met geld te maken te hebben. Roy en Kelly zijn allebei doof en Kelly heeft een Borderline persoonlijkheidsstoornis. Ze krijgen dus allebei een Wajong-uitkering en hebben het niet breed. Waarop mijn man en ik hebben gezegd ‘we helpen jullie’. En hoewel we het zelf ook niet breed hadden, hebben we toen bijna alles voor ze gekocht; het slaapkamertje, de kinderwagen, de maxi-cosi, noem maar op…”

Gesloten deur

“Toen Soraya geboren werd, waren er verschillende hulpverleningsinstanties betrokken om te helpen. De kraamzorg sprak zelfs gebarentaal en daarna was er hulp vanuit Adelante geregeld. Al vrij snel bleek dat Roy en Kelly de deur niet opendeden als de hulpverleners kwamen, waardoor zij aan de bel zijn gaan trekken bij Bureau Jeugdzorg. Niet lang daarna werd in een gesprek met alle hulpverleners besloten dat Soraya niet thuis kon blijven wonen. Waarop mijn man direct zei: ‘dan komt ze bij ons!’. We moesten er niet aan denken dat ze in Groningen ofzo in een pleeggezin geplaatst zou worden… Roy en Kelly hadden niet zoveel met het ouderschap en hebben destijds vrijwillig afstand gedaan. Soraya was toen 2 maanden oud.”

Twijfel

“Over de komst van Soraya hebben we dus geen moment getwijfeld. Toen 6 jaar geleden bleek dat Kelly opnieuw zwanger was, was dat wel wat problematischer. Ze was namelijk vreemdgegaan en volgens Roy was het kind niet van hem. Toen hebben mijn man en ik tegen elkaar gezegd ‘wat doen we?’. Het vaderschap laten testen kost veel geld. En uiteindelijk hebben we gezegd ‘het maakt niet uit of jij wel of niet de vader bent van dat kindje, het is sowieso een halfzusje of -broertje van Soraya.’ Tijdens de zwangerschap hebben we allerlei gesprekken gehad met de ouders, advocaat, Jeugdzorg, Xonar, de Raad voor de Kinderbescherming en daarin werd besloten dat het kindje direct na de bevalling met ons mee naar huis zou gaan.”

Opnieuw in de luiers

“En toen zaten we dus opnieuw in de luiers… Helaas hadden we vlak voor het nieuws dat Kelly opnieuw in verwachting was, alle spullen van Soraya verkocht. Dus konden we weer opnieuw beginnen met de aanschaf van alle babyspullen… Lang leve Marktplaats!” lacht Elly. “Hoe het was om een pasgeboren kindje in huis te hebben?”, herhaalt Elly de gestelde vraag. “We waren inmiddels natuurlijk ook weer wat ouder. Toen Soraya kwam, was ik 52, bij Demi 57”. Je gaat toch voelen dat je ouder wordt. Ik heb allerlei fysieke problemen; ik heb artrose, huidkanker gehad en toen Soraya 2 was kreeg ik een CVA. Ik weet nog goed dat ik in het ziekenhuis lag en dacht ‘ik moet naar de kleine!’. Ik was de spil van het hele gezin; voor mijn eigen kinderen, mijn man die rolstoelafhankelijk was, de kleinkinderen…’

netwerkpleegzorg oma en pleegmama in een

Moeder en oma in één

Als je als grootouders voor je kleinkinderen zorgt, ben je eigenlijk moeder en grootouder in één. Hoe is dat? Elly: “Ik heb geen oma-rol meer. Ik zorg voor ze en voedt ze op alsof het mijn eigen kinderen zijn. Daar sta ik voor 1000% achter. Als het om de veiligheid van de kinderen gaat, dan is het alsof ik zelf de moeder ben. Kom me niet aan de kinderen! De kinderen zeggen ook ‘mam’ tegen me, al weten ze dat ik hun oma ben. Van mij mogen ze het allebei zeggen, want ik ben dat ook allebei voor ze. Maar ik maak hen er wel bewust van dat ik eigenlijk hun oma ben. Ze mogen best iets vragen met ‘mam, mag ik …?’ maar als ik zelf iets herhaal, zeg ik ‘oma zei …’. Biologisch gezien hebben we nu eenmaal geen moeder/kind band. En jammer genoeg kan hun biologische moeder hen die band ook niet geven…”

Het lastigste…

“Wat ik het lastigste vind aan het pleegouder zijn voor mijn kleinkinderen?”, herhaalt Elly de gestelde vraag. “Richting de kinderen zijn er niet zoveel dingen die echt lastig zijn. Natuurlijk Soraya begint nu te puberen en dat levert weleens lastige situaties op. Maar dat hoort erbij. Wat ik wél echt lastig vind, is de verbinding met mijn zoon en Kelly. Mijn man en ik hebben er alles aan gedaan om te zorgen dat de kinderen hun ouders regelmatig zouden zien. Eerst was er wekelijks contact, dat werd 2x per maand en inmiddels is het nog maar 2x per jaar, op hun verjaagdagen. En ook dat gaat niet van harte, maar omdat ik van mijn zoon eis dat ze dan hun gezicht laten zien. Wij en ook de hulpverleners hebben hier al zoveel gesprekken met hen over gevoerd, maar ze komen gewoon niet…”

Teleurgesteld

“Voor de kinderen is dat natuurlijk ook erg lastig. Dit jaar had Soraya voor het eerst een Vaderdagscadeau bij Roy in de brievenbus geduwd. Die cadeaus waren andere jaren voor opa. En daar komt dan helemaal geen reactie op. Op de communie waren ze wel uitgenodigd, maar zijn ze niet verschenen. Je merkt dat met name bij Soraya veel boosheid en frustratie zit hierover. Zij heeft in die eerste jaren van haar leven toch ook van alles meegemaakt met haar biologische ouders, wat ervoor gezorgd heeft dat ze kampt met verlatingsangst en bindingsangst. Hier heeft ze hulp voor gehad. En nog steeds hebben de kinderen zo nu en dan een gesprek met onze pleegzorgwerker.”

Back-up

“Toen bij mijn man ruim 2 jaar geleden kanker geconstateerd werd, hebben we alles op papier gezet voor het geval er ook iets met mij zou gebeuren in de toekomst. We hebben laten vastleggen dat de voogdij over de kinderen dan naar mijn jongste dochter gaat. Zij is mijn back-up, waar ik ook nu al veel steun van ervaar. Want sinds mijn man overleden is, mis je toch iemand om mee te kunnen praten over de dingen die gebeuren. Die back-up heb ik nu dan niet meer in huis, maar wel aan de zijlijn met mijn dochter. Zij gaat bijvoorbeeld ook altijd met ons mee op vakantie. Ik merk ook dat zij over sommige onderwerpen gemakkelijker in gesprek komt met Soraya dan ik. Omdat zij toch wat jonger is denk ik. En ze verwent ze soms met nieuwe merkschoenen, die ik niet kan betalen van mijn weduwepensioen. Dan zeg ik ‘doe dat nu niet, ze moeten ook leren dat ze niet alles kunnen krijgen’, maar ach, ze doet het graag…

“Mijn tip voor andere grootouders die voor de keuze komen te staan om de zorg voor hun kleinkinderen op zich te nemen? Het belang van het kleinkind staat voorop. Dat zij in normale familieomstandigheden kunnen opgroeien en niet bij vreemden. Dat is het belangrijkste!”