Als je baby tussen de 6 en 9 maanden oud is, kan het zijn dat je baby ineens gaat huilen wanneer jij even weg gaat. Deze angst voor verlating kan van de een op de andere dag ontstaan. Net zo goed als de fase van eenkennigheid rond deze tijd ineens opkomt. En het een versterkt het ander. Maar hoe vervelend het ook is voor jou en je kind, verlatingsangst en eenkennigheid zijn natuurlijke stappen in de ontwikkeling van je kind. Je baby ziet nu het verschil tussen bekend en onbekend en gaat zich hechten aan de voor hem meest vertrouwde personen. Ook krijgt je baby door dat hij niet één is met zijn ouders. Hij begrijpt dus ook dat jij hem kan verlaten en weet op die leeftijd nog niet dat je weer gewoon terugkomt nadat je weggegaan bent. Tussen de 8 en 18 maanden is de angst het hevigst, maar kan nog blijven tot de leeftijd van 3 jaar. 6 tips om er zo goed mogelijk mee om te gaan.

Tip 1: Troost je kind

Het is belangrijk om de angst van je kind serieus te nemen. Troost je kind dus als het bang of in paniek is, dat geeft een veilig gevoel. Natuurlijk leert je kind op termijn dat ook andere mensen te vertrouwen zijn, maar geef je kind daar de ruimte in. Je kunt het niet forceren.

Tip 2: Oefenen in het alleen zijn

Door met je kindje kiekeboe of andere verstopspelletjes te spelen, leert het dat je er nog steeds bent, ook als het je niet kan zien. Wanneer je uit beeld van je baby bent, laat dan je stem nog wel horen. Een liedje zingen of een beetje rommelen. Vertrouwde geluiden kunnen je kind geruststellen en helpen om over de angst heen te komen. Is je kindje al goed in staat te begrijpen wat je zegt, vertel dan als je even weggaat wat je gaat doen en wanneer je weer terug bent. Je kind zal dan gaan huilen, maar laat dat dan ook even zo. Jij komt weer snel terug en zo leert je kind er op te vertrouwen dat jij je aan de afspraken houdt. Je kind oefent op deze manier in het alleen zijn.

Tip 3: Neem de tijd om te wennen

Geef je baby de tijd om te wennen als je hem voor het eerst achterlaat bij een nieuw gezicht. Als je bijvoorbeeld een (nieuwe) oppas krijgt, vraag dan of deze een uur eerder komt. Zo voelt het voor je baby niet alsof hij bij een compleet vreemde wordt achtergelaten. Als je je baby wegbrengt, neem dan even de tijd om daar te blijven. Speel nog even in de nieuwe omgeving met je baby. Zo kan hij wennen aan de ruimte waar hij is. Geef hem ook iets vertrouwds mee, zoals de lievelingsknuffel.

Tip 4: Maak een ochtendritueel

Als jullie alle activiteiten in de ochtend steeds zoveel mogelijk in dezelfde volgorde doen, dan ontstaat een ritueel. Deze structuur zorgt bij je kind voor een gevoel van herkenning, het geeft meer vertrouwen en houvast.

Tip 5: Neem afscheid

Neem duidelijk afscheid. Ondanks alle goede voorbereidingen op het afscheid, is het heel normaal dat je kind het op een huilen zet tijdens jouw vertrek. Stel je hierop in. En hoe onnatuurlijk het ook voelt, blijf niet nog een hele poos je kindje troosten. Dit maakt het alleen maar verwarrend. Houd het daarom bij een aai over de bol, een kus en vertrek. Ga er van uit dat de leidsters – juist op dit soort momenten – er voor je kind zijn en je kind zullen helpen en troosten. Heb er vertrouwen in dat je kind al na enkele minuten lekker aan het spelen is.

Tip 6: Maak van thuiskomen een feestje

Je verlaat je kindje niet alleen, maar je komt ook terug. Hoe vanzelfsprekend dit voor jou ook is, voor je kind is jouw (thuis)komst een afsluiting van jouw afwezigheid. Neem daarom de tijd voor de hereniging. Geef hem een knuffel, ga even rustig spelen en vertel hoe blij je bent hem weer te zien. Dit versterkt jullie relatie, maar zorgt er ook voor dat de verlatingsangst niet erger wordt. Je kindje leert zo dat, hoe vervelend het ook is als jij weggaat, het altijd weer leuk is als je (thuis)komt!

We hopen dat deze tips je geholpen hebben. Wil je meer weten of heb je nog vragen? Chat met ons! We denken graag met je mee.